Minimaal 5% van de kinderen in Nederland leeft in armoede. Dat zijn maar liefst 1 à 2 kinderen per schoolklas. Digidromen wil de digitale kloof dichten tussen kinderen die in armoede leven en kinderen die welvarender opgroeien. De stichting ondersteunt gezinnen met schoolgaande kinderen die niet voldoende financiële middelen hebben om zelf een laptop aan te schaffen. Om zo te werken aan een wereld waarin alle kinderengelijke kansen hebben om zich optimaal te ontwikkelen, ongeacht hun sociaaleconomische achtergrond.
Gelijke kansen voor ieder kind
Digidromen is opgericht door Tom Coehorst, eigenaar van IT-bedrijf EyeTi. Hij wil dat kinderen die in armoede leven niet achterblijven in de wereld van de moderne technologie. En dat zij net zoveel ontwikkelkansen krijgen als ieder ander kind. ‘Niet vooriedereen is de aanschaf van een laptop vanzelfsprekend, terwijl dit een belangrijk middel is voor onderwijs en persoonlijke groei. Door laptops te verstrekken streven we ernaar om de digitale kloof te overbruggen en kinderen de mogelijkheid te bieden om te leren en te ontdekken. Zodat zij ook kunnen meedoen en hun potentieel ten volle kunnen benutten’, aldus Tom.
Digidromen start samenwerking Met Stichting Leergeld de Ronde Venen
Digidromen is inmiddels actief in de gemeente Tilburg en de gemeente Waalwijk. Hier voegen we vanaf 1 oktober ook gemeente De Ronde Venen aan toe. Daar wordt nauw samengewerkt met lokale maatschappelijke organisatie Stichting Leergeld De Ronde Venen. Hun kennis van de lokale gemeenschap is essentieel om er zeker van te zijn dat de laptops bij de juiste gezinnen terecht komen. Zij gaan de kinderen selecteren, doen huisbezoeken en verzorgen de uitgifte, met eigenvrijwilligers. ‘Tijdens het huisbezoek kijken medewerkers van de stichting samen met de ouders wat er nodig is om hun kinderen te laten meedoen. De stichting leert het gezin van dichtbij kennen en kan zo de hulp goed afstemmen’, zegt Leergeldcoördinator Jan Willem De Vries. Digidromen hoopt snel uit te kunnen breiden naar andere gemeenten en heeft de ambitie om eind 2026 operationeel te zijn in tien regio’s en in 2035 in heel Nederland.